Psychiatrische Inrichting ‘Het Apeldoornsche Bosch’
Zutphenschestraat 106 in Apeldoorn
Het Joles Ziekenhuis
Groot Heiligland 27 in Haarlem
Het Israëlitische Oude Lieden Gesticht en Ziekenhuis
Claes de Vrieslaan 70 in Rotterdam
Het Centraal Israëlitisch Ziekenhuis
Jacob Obrechtstraat 92 in Amsterdam
De Joodsche Invalide
Weesperplein 3 in Amsterdam
scroll naar beneden
Het Nederlandsch-Israëlietisch Ziekenhuis
Keizersgracht 104-114 in Amsterdam
Het Portugeesch-Israëlietisch Ziekenhuis
Plantage Franschelaan 8-10 in Amsterdam
Alle Joodse ziekenhuizen werden begin 1943 ‘gesloten’. Met uitzondering van het Joles Ziekenhuis dat stilzwijgend bij het Sint-Elisabeth- of Groote Gasthuis werd ingelijfd, was er telkens sprake van ontruimingen met bruut geweld tegen het personeel en de patiënten. Het meest schokkend was de ontruiming van Het Apeldoornsche Bosch op 21 januari 1943, toen circa 1.200 patiënten en 50 personeelsleden werden gedeporteerd. Via Westerbork gingen zij direct op transport naar Auschwitz.
Werkplaatsen van Joodse artsen en toevluchtsoorden voor Joodse patiënten: zo kan men de zeven Joodse ziekenhuizen omschrijven die in 1940 het kloppend hart van de Joodse gezondheidszorg vormden.
JOODSE ZIEKENHUIZEN
scroll naar beneden
was sinds 1936 geneesheer-directeur van Het Apeldoornsche Bosch, het Joodse psychiatrische ziekenhuis en sanatorium. Bij de ontruiming van de inrichting door de Nazi’s op 22 januari 1943 mocht hij niet mee met zijn patiënten. Zijn deportatie volgde op 1 februari, eerst naar Westerbork, en een jaar later naar Bergen-Belsen. Net als zijn collega Poliakoff zat hij de trein die uiteindelijk in Tröbitz werd gestopt.
was werkzaam als dermatoloog, zowel in het Nederlandsch-lsraëlietisch als het Portugeesch-Israëlietisch Ziekenhuis. Begin 1944 werd hij opgepakt en naar Westerbork gebracht. Vandaar volgde zijn deportatie, eerst in februari naar Theresienstadt en vervolgens in oktober naar Auschwitz, waar hij direct na aankomst werd vergast.
was geneesheer-directeur van het Portugeesch-lsraëlietisch Ziekenhuis. Werd in september 1943 naar Kamp Westerbork gebracht en vandaar in februari 1944 naar Bergen-Belsen gedeporteerd. Op 20 mei 1945 was hij een van de slachtoffers in de trein waarmee de Duitsers de gevangen uit het kamp naar elders wilden brengen.
was de oprichter en voorzitter van het Centraal Israëlitisch Ziekenhuis. Werkte als KNO-specialist onder meer in de Gemeentelijke Lupus Polikliniek. In augustus 1944 werd hij gearresteerd en naar Westerbork gevoerd. Drie weken later volgde deportatie naar Auschwitz, waar hij kort na aankomst werd vermoord.
Tussen mei 1940 en begin 1943 waren niet minder dan 71 Joodse artsen en arts-assistenten werkzaam bij een van de Joodse ziekenhuizen. Twaalf van hen werden slachtoffer van de Holocaust.
Psychiatrische Inrichting ‘Het Apeldoornsche Bosch’
Zutphenschestraat 106 in Apeldoorn
Alle Joodse ziekenhuizen werden begin 1943 ‘gesloten’. Met uitzondering van het Joles Ziekenhuis dat stilzwijgend bij het Sint-Elisabeth- of Groote Gasthuis werd ingelijfd, was er telkens sprake van ontruimingen met bruut geweld tegen het personeel en de patiënten. Het meest schokkend was de ontruiming van Het Apeldoornsche Bosch op 21 januari 1943, toen circa 1.200 patiënten en 50 personeelsleden werden gedeporteerd. Via Westerbork gingen zij direct op transport naar Auschwitz.
Het Israëlitische Oude Lieden Gesticht en Ziekenhuis
Claes de Vrieslaan 70 in Rotterdam
Het Joles Ziekenhuis
Groot Heiligland 27 in Haarlem
De Joodsche Invalide
Weesperplein 3 in Amsterdam
Het Centraal Israëlitisch Ziekenhuis
Jacob Obrechtstraat 92 in Amsterdam
Het Portugeesch-Israëlietisch Ziekenhuis
Plantage Franschelaan 8-10 in Amsterdam
Het Nederlandsch-Israëlietisch Ziekenhuis
Keizersgracht 104-114 in Amsterdam
Werkplaatsen van Joodse artsen en toevluchtsoorden voor Joodse patiënten: zo kan men de zeven Joodse ziekenhuizen omschrijven die in 1940 het kloppend hart van de Joodse gezondheidszorg vormden.
JOODSE ZIEKENHUIZEN
was sinds 1936 geneesheer-directeur van Het Apeldoornsche Bosch, het Joodse psychiatrische ziekenhuis en sanatorium. Bij de ontruiming van de inrichting door de Nazi’s op 22 januari 1943 mocht hij niet mee met zijn patiënten. Zijn deportatie volgde op 1 februari, eerst naar Westerbork, en een jaar later naar Bergen-Belsen. Net als zijn collega Poliakoff zat hij de trein die uiteindelijk in Tröbitz werd gestopt.
was werkzaam als dermatoloog, zowel in het Nederlandsch-lsraëlietisch als het Portugeesch-Israëlietisch Ziekenhuis. Begin 1944 werd hij opgepakt en naar Westerbork gebracht. Vandaar volgde zijn deportatie, eerst in februari naar Theresienstadt en vervolgens in oktober naar Auschwitz, waar hij direct na aankomst werd vergast.
was de oprichter en voorzitter van het Centraal Israëlitisch Ziekenhuis. Werkte als KNO-specialist onder meer in de Gemeentelijke Lupus Polikliniek. In augustus 1944 werd hij gearresteerd en naar Westerbork gevoerd. Drie weken later volgde deportatie naar Auschwitz, waar hij kort na aankomst werd vermoord.
was geneesheer-directeur van het Portugeesch-lsraëlietisch Ziekenhuis. Werd in september 1943 naar Kamp Westerbork gebracht en vandaar in februari 1944 naar Bergen-Belsen gedeporteerd. Op 20 mei 1945 was hij een van de slachtoffers in de trein waarmee de Duitsers de gevangen uit het kamp naar elders wilden brengen.
Tussen mei 1940 en begin 1943 waren niet minder dan 71 Joodse artsen en arts-assistenten werkzaam bij een van de Joodse ziekenhuizen. Twaalf van hen werden slachtoffer van de Holocaust.